De grondlegger van craniosacraaltherapie (CST) is de Amerikaanse neuroloog Dr. J. Upledger.
CST heeft een diep ontspannende en regulerende werking op het (autonome) zenuwstelsel, en daarmee dus op het functioneren van alle orgaan- en lichaamsfuncties. Tijdens de sessies worden ‘zachte aanrakingen’ gebruikt, over de kleding heen. Het lichaam komt in een diepe ontspanning. Je wordt begeleid in het ‘leren voelen’ en ‘ontladen’ van spanningen, emoties en ideeën. Dit is het moment van verwerken, want alles krijgt een plek.
Bij de volgende klachten kan CST zinvol zijn: lichamelijke spanningen (hoofd-nek- schouder-rug), vermoeidheid, slecht slapen, negatieve emotionele spiraal, minder zelfvertrouwen, relatieproblemen, geen zin meer hebben in het leven, rouwverwerking, burn-out, angstig worden, depressie, enz.
De behandeling gebeurt veelal aan de schedel (cranium), wervelkolom en het heiligbeen (sacrum). Bewegingsverstoringen van bindweefsel, verkrampingen en disbalans binnen het lichaam worden opgespoord en in evenwicht gebracht. Het centrale zenuwstelsel wordt gestimuleerd om opnieuw optimaal te functioneren. Het craniosacrale systeem bestaat uit de hersenen, het ruggenmerg, het dikke vlies dat daaromheen zit (dura mater) en het hersenvocht dat tussen die twee vloeit. Het geheel wordt omgeven en beschermd door de botten van de schedel (cranium) en de wervelkolom tot onderaan het heiligbeen (sacrum).
Binnen dit systeem bevindt zich ook het zenuwstelsel.
Het ritme van het hersenvocht wordt gecreëerd door een pompsysteem diep binnen in de hersenen. De botten van de schedel zetten uit en vervolgens worden de wervels lichtjes van elkaar geduwd, waarna het sacrum naar onder en vervolgens naar binnen roteert. Dit craniosacrale ritme uit zich als een uitdijende en inkrimpende golf die overal op het lichaam voelbaar is, vergelijkbaar met de beweging van eb en vloed.
We kunnen dit ritme beschouwen als de ademhaling van de hersenen. Het zenuwstelsel regelt de werking van alles wat er in het lichaam gebeurt. Daarmee is het craniosacrale ritme, naast de ademhaling en de hartslag, de derde primaire levensfunctie van het lichaam. Tijdens een behandeling van het craniosacrale systeem kan een stilpunt optreden, een korte periode waarbij het ritme vrijwel stil ligt en het denken wordt
stopgezet. De energie wordt dan onttrokken aan de hersenen en ingezet voor reparatie van
het lichaam. Ook tijdens onze slaap kennen we stilpuntperiodes waarin het lichaam zich herstelt.
Aangezien CST het lichaam uitnodigt om weer zo veel mogelijk te gaan functioneren zoals het bedoeld is en het zelfherstellend vermogen gestimuleerd wordt, is het soort klachten dat behandeld kan worden zeer divers.
De behandelaar zal werken aan het optimaliseren van de elasticiteit en ruimte binnen de schedelbeenderen en de overige delen van het craniosacrale systeem. Daartoe zal de behandelaar in het ritme meegaan en een lichte druk op het systeem uitoefenen. Op deze manier wordt het lichaam uitgenodigd om zich te ontspannen en ruimte te scheppen.
De kracht van de combinatie van CST en traumatherapie:
Tijdens de behandeling van de lichamelijke klachten ontstaat er een verwerkingsproces: de spanning wordt losgelaten en er wordt een link gelegd tussen lichamelijke spanning en het ‘mentale patroon’ dat hier de oorzaak van is.
Iemand met spanning in de nek en schouders kan bijvoorbeeld te veel verantwoordelijkheden naar zich toegetrokken hebben. Hierdoor heeft de persoon een gevoel van overbelasting en het gevoel dat die het allemaal alleen moet oplossen. Het geleidelijk aan loslaten van de lichamelijke spanningen gaat gepaard met een diepgaand veranderingsproces. Hij of zij zal anders in het leven gaan staan om het in de toekomst
anders te gaan doen.
Dit veranderingsproces gaat gepaard met vallen en opstaan, aangezien het meestal gaat over een ‘basispatroon’ waarmee deze persoon in het leven staat. Dit patroon heeft hem/haar dan ook altijd gediend, maar nu wordt het een belasting voor het systeem.
Iedereen heeft kwaliteiten, maar als je erin doorschiet naar te veel, worden deze kwaliteiten
ook je valkuilen.
Tijdens een sessie komen uiteraard ook lichamelijke en emotionele spanningen los. Het effect hiervan is dat de persoon weer dieper gaat kunnen ontspannen. Hierdoor zal het piekeren verminderen, waardoor mensen makkelijker in slaap kunnen vallen.
Sommigen worden op een bepaald tijdstip wakker en kunnen dan de slaap niet meer vatten om erg uiteenlopende redenen. Het kan ook zijn dat de persoon lichamelijk zo gespannen is dat hij of zij geen diepere ontspanning meer kan hebben. Dan worden ze altijd ‘s nachts op hetzelfde tijdstip wakker. Hoe meer sessies de persoon gehad heeft, hoe beter het lichaam zich gaat herstellen en zich dieper ontspannen. De slaapproblemen lossen zich op naarmate de oorzaak zich stapje voor stapje aandient.
De kracht van de combinatie van CST en traumatherapie: wat ook de oorzaak van vermoeidheid moge zijn, met CST gaat het lichaam in een herstelfase. Dit wil zeggen: het craniosacrale ritme wordt stilgelegd; er ontstaat een ‘stilpunteffect:’ het lichaam gaat in een hele diepe ontspanning en herstelt. Hetzelfde gebeurt ‘s nachts tijdens de slaap. Allerlei stoffen in de hersenen zorgen ervoor dat je ‘s morgens fris wakker wordt. Een sessie kan ditzelfde verkwikkend effect geven. Pas op: het kan ook zijn dat mensen zich na een sessie ongelooflijk moe voelen.
Een dieperliggende vermoeidheid dient zich dan aan. Dit is alleen maar goed. Mensen beginnen eindelijk te voelen hoe moe ze wel niet zijn en kunnen dan pas een herstelproces toelaten. Beetje bij beetje wordt het dan beter. De vermoeidheid van een burn-out herstelt zich geleidelijk. Stilaan worden de batterijen opnieuw opgeladen en komt men uit de – stand. Het herstelproces van een burn-out kan wel twee jaar of langer duren.
Cranio is ook erg geschikt voor ‘preverbaal’ trauma. Dit zijn hele stille sessies die rechtstreeks naar het reptielenbrein gaan en zonder woorden spanningen oplossen die al sinds het prille begin van het leven vastzitten.